Voor leden van de CNV vakbond heb ik onlangs een lezing gehouden.

Dat was een
Algemene introductie over erfrecht, samenlevingscontracten, testamenten, schenkingen, algehele volmachten, erfbelasting en schenkbelasting

Onderstaand een uitgebreide tekst hierover. (cijfers 2014)

 

Wie erft van mij ?
Volgens de wet zijn er een aantal groepen van erfgenamen. Als er binnen zo’n groep één of meer personen te vinden zijn, dan wordt er niet verder gekeken of er erfgenamen in de volgende groep zitten.

In alle gevallen geldt de regel van plaatsvervulling. Dat betekent dat als iemand uit een groep eerder is overleden maar deze persoon zelf één of meer afstammelingen (simpel gezegd (klein)kinderen) achterlaat, dan komen die afstammelingen samen in de plaats van de tussenliggende schakel.

Ernst Loendersloot bij Samen voor Maastricht. Foto 3.

Ernst Loendersloot bij Samen voor Maastricht. Foto 3.

Waar ik hierna praat over getrouwd zijn bedoel ik ook het Geregistreerd Partnerschap (GP) maar niet de samenwonende partners.

De eerste groep bestaat uit:
de echtgenoot/echtgenote en/of kinderen en/of kleinkinderen (of de afstammelingen daarvan).

Ben je getrouwd en heb je geen afstammelingen, dan heb je dus één erfgenaam.
De langstlevende erft alles.

Ben je getrouwd met twee kinderen, dan heb je drie erfgenamen.
De langstlevende en de beide kinderen erven ieder 1/3.

Ben je getrouwd met twee kinderen, waarvan er één eerder is overleden maar wel twee kinderen heeft achtergelaten, dan heb je vier erfgenamen.
De langstlevende en het in leven zijnde kind erven ieder 1/3, terwijl de twee kleinkinderen die in de plaats komen van het eerder overleden kind samen 1/3 erven.

Let op: samenwoners zijn geen erfgenaam van elkaar. Een samenwonend stel zonder kinderen moet iets regelen anders komen de personen uit groep 2 als erfgenaam op.

Samenwoners met kinderen moeten ook iets regelen want alleen de kinderen zijn erfgenaam (want horen tot groep 1). De partner is geen deel van groep 1, 2 of 3.
De tweede groep bestaat uit:
je beide ouders en je broers en zussen (of de afstammelingen daarvan).

Ben je ongetrouwd en zijn je beide ouders in leven, dan heb je dus twee erfgenamen.
Je beide ouders erven alles.

Ben je ongetrouwd en zijn je beide ouders in leven en heb je een broer en een zuster, dan heb je dus vier erfgenamen.
Je beide ouders en je broer en zuster erven alles, ieder 1/4 deel.

Ben je ongetrouwd en zijn je beide ouders in leven en heb je een broer en is je zuster eerder overleden terwijl zij twee kinderen achterliet, dan heb je dus vijf erfgenamen.
Je beide ouders en je broer, ieder 1/4 deel en de kinderen van je zuster samen voor 1/4 deel.

Er is echter een klein punt van aandacht: je ouders krijgen ieder altijd minimaal 1/4 deel.

 

De derde groep bestaat uit:
je vier groot-ouders (of de afstammelingen daarvan).

Ben je ongetrouwd en zijn je beide ouders al overleden en heb je geen broers of zusters (Dan wel hun afstammelingen) meer, dan gaan we dus de gehele stamboom napluizen.

Want de kans is groot dat je grootouders niet meer (allemaal) in leven zijn. Dus werkt de plaatsvervulling. Je ooms en tantes (de kinderen van je grootouders) komen in hun plaats als erfgenaam naar voren. Of hun kinderen, kleinkinderen of achterkleinkinderen als een oom of tante eerder is overleden.

Deze stamboom tekenen we tot zes stappen (graden) vanaf jezelf gerekend.

Het lijkt me duidelijk dat het bijzonder tijdrovend kan zijn als de notaris deze stamboom moet uitpluizen. Zeker als je bedenkt dat wellicht een (achter-)achterneef of -nicht niet in Nederland woont, maar verhuisd is naar het buitenland.

 

Wat houdt het erfrecht in als ik getrouwd ben?
Moet ik toch nog een testament opstellen ?

Als je getrouwd bent, dan is je echtgenoot/echtgenote in ieder geval erfgenaam. Heb je kinderen, dan zijn ook de kinderen erfgenaam.

In de wet is de zogeheten Wettelijke Verdeling opgenomen. Dat is een simpele langstlevende regeling.

Je weduwe/weduwnaar krijgt de eigendom van al je vermogen toegedeeld. Heb je kinderen, dan krijgen deze een claim (ook wel vordering genoemd) op de langstlevende. Die vordering is een geldbedrag ter grootte van hun kindsdeel en die hoeft de langstlevende niet eerder af te betalen dan bij zijn of haar faillissement.

En ook als de langstlevende overlijdt, krijgen je kinderen hun kindsdeel uitbetaald.


Voorbeeld:
Man, vrouw, twee kinderen, geen testament.
Man overlijdt en vrouw en kinderen zijn alle drie, ieder voor 1/3 erfgenaam.
Erfdeel is euro 10.000,- waard.

De langstlevende krijgt nu alle spullen, bankrekeningen etc. in eigendom en kan daarmee doen en laten wat hij of zij wil.
De kinderen krijgen die euro 10.000,- (per kind) pas uitbetaald als de langstlevende overlijdt of failliet wordt verklaard.
Of er tegen die tijd nog iets over is, is de vraag.

 

Stel dat de langstlevende een nieuwe relatie krijgt en met deze partner her-trouwt, dan krijgen de kinderen de mogelijkheid om hun wilsrechten uit te oefenen.

Dat betekent dat de kinderen kunnen aangeven dat zij in plaats van geld liever delen van de inboedel willen. Dus liever de klok van opa dan geld. Hiermee wordt voorkomen dat die klok straks naar de langstlevende van de langstlevende gaat (dus naar de stiefvader of -moeder)

Alleen mag de langstlevende tot zijn of haar overlijden of faillissement gewoon de klok blijven gebruiken. Pas als de langstlevende ook overlijdt (of failliet gaat) kunnen de kinderen namelijk hun erfdeel opeisen (en door de wilsrechten in te roepen bij het her-trouwen van de langstlevende is dat een kindsdeel in goederen en niet meer in geld).

 

Wat kan ik in een testament regelen ?
Allereerst kun je aangeven wie je erfgenamen zijn en voor welke breukdelen ze erven.

Dus kun je je kinderen onterven of juist je echtgenote/echtgenoot als erfgenaam geheel uitsluiten of een kleiner deel geven.

Of als je niet getrouwd bent maar samenwoont, kun je er voor zorgen dat je partner van je erft. Ook als je kinderen hebt, kun je in een testament zorgen dat er een semi-Wettelijke Verdeling van toepassing is en je partner al je vermogen in eigendom krijgt en je kinderen op de uitbetaling van hun kindsdeel moeten wachten.

Maar je kunt ook de momenten waarop je kinderen hun kindsdelen kunnen opeisen uitbreiden. Dus bijvoorbeeld niet alleen maar overlijden of faillissement van de langstlevende, maar ook bijvoorbeeld opname in een verzorgingshuis (mits er dan een verhoogde eigen bijdrage betaald moet worden) of als de langstlevende een Bijstands uitkering krijgt.

Want in de laatste twee gevallen zal het vermogen van de langstlevende uiteindelijk helemaal op kunnen gaan en blijft er van de claim van je kinderen weinig tot niets over.

Daarnaast kun je ook bepalen dat je kinderen niet alleen hun kindsdeel krijgen, maar ook dat ze een compensatie krijgen voor het wachten. Jij geeft dan aan dat er ook nog een bedrag aan rente berekend moet worden als de langstlevende moet uitbetalen. Daarmee voorkom je dat de inflatie de kindsdelen uitholt. Sterker nog: je holt het eigen vermogen van de langstlevende uit ten gunste van de kinderen en ten nadele van de schuldeisers van de langstlevende (bij faillissement) of de fiscus (bij overlijden) of de zorginstelling (bij opname met betaling van de hoge eigen bijdrage).

Maar ook kun je aan praktische zaken denken, zoals:

–      Wie handelt de erfenis af ? Dat is de door jou te benoemen executeur
Zeker als je kleine kinderen hebt of als je erfgenamen in groep twee of drie hebt is dat handig.

–      Wie gaat je kinderen opvoeden als je er niet meer bent ?
Dat is de door jou te noemen voogd (maar alleen als de kinderen geen ouders meer hebben die samen of alleen het gezag kunnen uitoefenen).

–      Wie gaat het geld beheren voor je kinderen als zij nog jong zijn, maar wel meerderjarig ?
Dat is de bewindvoerder en jij kunt (binnen grenzen) aangeven tot welke leeftijd de bewindvoerder dat doet. Dit om te voorkomen dat de kinderen met 18 jaar al aan het geld kunnen komen en dat over de balk kunnen smijten.
Met een bewindvoerder voorkom je het “Porsche syndroom”.

 

Ben je gescheiden van de moeder of vader van je kinderen, dan zou ik je aanraden om een echtscheidingstestament te maken. Dan voorkom je dat je ex-partner of ex-echtgenoot/-note via een omweg toch iets uit jouw erfenis kan krijgen.

En je kunt voorkomen dat je ex de rente over de kindsdelen kan gebruiken voor zijn of haar eigen plezier.

Of je kijkt met een meer fiscale bril naar je erfenis. Dan kun je wellicht je klein-kinderen ook alvast mee laten delen in je erfenis. Als zij niet meer krijgen dan het van erfbelasting vrijgestelde bedrag, dan krijgen je kinderen weliswaar zelf minder in handen, maar de fiscus krijgt ook minder.

Of je gaat over tot het opstellen van een zogeheten RADAR-testament. Afhankelijk van jouw situatie kan dat fiscaal gunstig uitpakken en ontvangt de Belastingdienst minder erfbelasting.

 

Wat mag ik schenken ?
Wat kan ik belastingvrij schenken ?
Cijfers 2014

Allereerst is er geen beletsel om wat dan ook te schenken. Als jij bij je gezond verstand bent en je hele vermogen wilt wegschenken, dan mag dat.

Maar de fiscus zal altijd geinteresseerd zijn want deze overheidsdienst wil graag een deel van de schenking als belasting ontvangen. Dat is het schenkingsrecht of schenkbelasting.

De fiscus hanteert daarbij een twee-ledige berekeningswijze. Eerst wordt er gekeken in welke categorie de ontvangende persoon valt om te bepalen hoeveel deze persoon belastingvrij mag ontvangen. Dan wordt gekeken hoeveel deze persoon méér heeft ontvangen waarna bepaald wordt of het lage of hoge percentage aan schenkingsrecht betaald moet worden.

Iedereen mag tot € 2.092,- per jaar van één persoon aan schenking krijgen. Daarover is geen belasting verschuldigd.

=     Ben je een kind van de schenker, dan is dat bedrag € 5.229,- per jaar. Alleen over hetgeen je meer ontvangt moet er belasting betaald worden.

=     Maar ben je een kind tussen de 18 en 40 jaar dan mag dat bedrag éénmalig verhoogd worden tot € 25.096,-. Dit bedrag mag je besteden zoals je zelf wilt (er is geen bestedingseis, alleen de eis van de relatie ouder/kind).
Notarissen noemen dit de Eenmalig verhoogde vrijstelling.

=     Eventueel kan dit bedrag zelf nog met maximaal € 27.187,- worden verhoogd als het kind tussen de 18 en 40 jaar is. Maar dan moet het geld wel volgens de fiscale regels besteed worden.
Dat wil zeggen het moet aan een dure studie worden uitgegeven en/of gebruikt worden voor de aankoop van de Eigen Woning van het kind en/of gebruikt worden voor de verbouwing van die Eigen Woning en/of gebruikt worden voor de aflossing van de Eigen Woning Schuld (de hypotheek op het huis van het kind).
(Er is dus zowel een eis van de relatie ouder/kind als een bestedingseis)
In het notariaat wordt dit de Jubelvrijstelling genoemd.

 

Tot 31 december 2014 is er zelf nog een extra vrijstelling. Je mag belastingvrij € 100.000,- schenken. Er is geen eis dat de schenker en de ontvanger ouder/kind van elkaar zijn. Ook willekeurige vreemden kunnen hiervan gebruik maken (alhoewel ouders/kinderen en ooms resp. tantes naar neven/nichten eerder voorkomt).
Wel moet het geld gebruikt worden voor een bepaald doel. Dat zijn dezelfde als bij de Jubelvrijstelling.
Vandaar dat notarissen dit ook wel de Gouden Jubel vrijstelling noemen.

Heb je bepaalt hoeveel iemand belastingvrij mag ontvangen als schenking, dan ga je kijken of die persoon meer krijgt dan dat bedrag.

Is dat het geval dan is er 10% dan wel 18% dan wel 30% schenkbelasting verschuldigd als het meerdere tussen de € 0,- en € 117.214,- hoger is.
Kinderen en partners betalen slechts 10% schenkbelasting.
Kleinkinderen betalen 18% en alle andere (bijvoorbeeld neven of nichten) betalen 30%.

Is de schenking nog groter dan het vrijgestelde bedrag vermeerderd met € 117.214,- dan is er zelfs 20% dan wel 36% dan wel 40% verschuldigd. Weer afhankelijk van de familieband.

Kinderen en partners betalen over dit hoge bedrag 20% schenkbelasting.
Kleinkinderen betalen 36% en alle andere (bijvoorbeeld neven of nichten) betalen 40%.

Overigens mag je aan erkende Goede Doelen (de zogeheten ANBI-doelen) alles schenken zonder dat er belastingen verschuldigd zijn. Zij zijn vrijgesteld van de schenkbelasting. Maar niet ieder goed doel is een ANBI. De belastingdienst houdt een lijst bij.

 

Wat kan ik verder regelen bij een schenking ?
Je kunt als schenkende partij eigenlijk alles regelen zoals jij het wenst. Jij bent degene die iets cadeau doet en jij mag de ontvangende partij allerhande regels opleggen. Als die regels te benauwend zijn, dan kan de ontvanger besluiten om je aanbod van het geschenk, niet te aanvaarden.

Je hebt dus veel ruimte met betrekking tot de bepalingen die je oplegt. Maar er kan ingegrepen worden als je plichten oplegt aan de ontvanger die een aantasting zijn van de openbare orde of goede zeden.

 

Voorbeeld:
Je kunt de ontvanger wel verplichten om ieder jaar op Prinsjesdag in Den Haag langs de route van de Gouden Koets te gaan staan met een bord dat de monarchie afgeschaft moet worden en dat Nederland een republiek moet worden.
Dat is vrijheid van meningsuiting.

Maar je mag niet de ontvanger verplichten om dat geheel naakt te doen of de woorden kracht bij te zetten door het gooien van een waxinelichthouder.

Dit is een extreem voorbeeld. Normalere regelingen zijn de volgende:

  1. Uitsluitingsclausule
    Je bepaalt dat het door jou geschonken vermogen alleen voor de ontvanger is en zal blijven. Is de ontvanger in de wettelijke algehele gemeenschap van goederen getrouwd (of gaat hij/zij nog trouwen) en daarna in een echtscheiding verwikkeld raken, dan hoeft jouw schenking niet gedeeld te worden met de ex-echtgenoot/ex-echtgenote.Van deze clausule bestaan verschillende varianten die soms ook fiscaal een ander resultaat bereiken.
  2. Herroepingsclausule
    Je bepaalt dat jouw schenking eventueel teruggedraaid kan worden. Dat kan een heel algemeen recht voor jou zijn (carte blanche) of alleen gelden in specifiek omschreven situaties.
    Denk bijvoorbeeld aan de situatie dat de ontvangende partij in de Bijstand terecht komt. Dan moet eerst het eigen vermogen “opgegeten” worden. En jouw schenking wordt als eigen vermogen gezien.
    Ook kan de ontvanger verslaafd worden en dan is het prettig als je jouw cadeau kunt terughalen.
    Maar wat dacht je van een langdurige ziekte van de ontvanger waarbij deze opgenomen moet worden in een verpleegkliniek of verzorgingstehuis. Het kan zijn dat ook dan het “spaargeld opgegeten” moet worden.
  3. Bewindclausule
    Je wilt misschien liever niet dat de ontvangende partij het geschonken vermogen zelf gaat beheren. Bijvoorbeeld omdat hij of zij te jong is of geen verstand van zaken heeft.
    Dan kun jij bepalen dat iemand anders (en dat kun je eventueel zelf zijn) het geld gaat beheren. Dat kan zijn totdat de ontvanger een bepaalde leeftijd heeft bereikt (bijvoorbeeld 23 jaar).
  4. Tweetraps-making
    Een lastige term en ook lastig uit te leggen. Met een tweetrapsclausule zorg je er voor dat als de ontvanger overlijdt, het door jou geschonken bedrag (of wat daarvan over is) naar (een) door jou aangewezen persoon/personen toe gaat.Dit komt wel eens voor als het gaat om familie-erfstukken zoals de trouwring van je grootmoeder. Jij schenkt die aan je dochter, maar met de verplichting dat de ring bij haar overlijden naar haar dochter (of zelfs kleindochter) gaat. Daardoor hou je de ring in de vrouwelijke lijn.Maar je kunt deze clausule ook gebruiken als je bijvoorbeeld geld schenkt en wilt voorkomen dat de koude kant hier ooit iets van krijgt. Een uitsluitingsclausule (zie hierboven) werkt namelijk alleen bij een echtscheiding van de ontvanger. Maar overlijdt de ontvanger en heb je verder niets geregeld dan is de weduwe/weduwnaar van de ontvanger in beginsel (mede-)erfgenaam en krijgt hij/zij dus toch (een deel van) het door jou geschonken bedrag.

Laat je altijd goed adviseren door de notaris voordat je dit soort clausules opneemt.

 

Wat is een algehele volmacht en waarom is die nuttig ?

Een algehele volmacht is simpel gezegd een akte die bij de notaris wordt getekend en waarbij jij één of meer andere mensen het recht geeft om namens jou te handelen en datgene te doen dat zij nodig of nuttig vinden.

Je blijft daarnaast ook zelf bevoegd en je kunt, zolang je bij je volle verstand bent, de volmacht herroepen.

Zo’n volmacht gaat ver. Gekscherend gezegd kan/kunnen de gevolmachtigden alles doen wat jij ook kunt behalve een testament voor jou opstellen of je huwelijkspartner uitkiezen. Dat moet je echt zelf doen. Maar de gevolmachtigden zijn bijvoorbeeld in staat om jouw huis te verkopen terwijl jij er woont en de verkoopopbrengst aan zich zelf uit te betalen.

Dus weet wie je als gevolmachtigde aanstelt. Misschien moet je twee mensen aanstellen die alleen samen mogen handelen, dan houden ze elkaar in evenwicht.

Vaak willen mensen een algehele volmacht voor het geval ze niet meer zelf kunnen handelen, bijvoorbeeld vanwege dementie of een andere ziekte.

Met een volmacht zorg je ervoor dat er dan mensen zijn die jouw zaken kunnen regelen en voorkom je dat de rechter iemand moet aanwijzen (bewindvoerder of curator). De door de rechter aangewezen persoon mag bovendien niet zomaar allerlei dingen naar eigen inzicht regelen. Bij belangrijke zaken (zoals de verkoop van een huis) moet de rechter vooraf toestemming geven.

De rechter kijkt alleen naar het belang van de patiënt. Met name schenkingen om de verhoogde eigen bijdrage voor de AWBZ te verlagen, zal de rechter niet snel toestaan.

Als dit de reden is om een algemene volmacht op te maken, dan kunnen we een drempel inbouwen. We kunnen opnemen dat de volmacht nog geen rechtskracht heeft totdat een arts verklaart heeft dat je niet meer zelf je zaken kunt behartigen. Zo lang je geestelijk en lichamelijk nog in goede doen bent, kunnen de gevolmachtigden geen aktie ondernemen. Zij kunnen pas gaan handelen als een arts de desbetreffende verklaring heeft afgegeven.

 

Levenstestament
Als je een algehele volmacht uitbreidt met instructies dan krijg je een Levenstestament. Althans zo zie ik dat.

Je kunt namelijk aangeven wat er met je inboedel moet gebeuren als je wordt opgenomen in een verzorgingshuis of verpleegkliniek. Moet alles naar de Kringloop gebracht worden, verkocht worden via een veiling of mogen (bepaalde) vrienden en kennis of familieleden iets uitkiezen als herinnering aan jou.

Maar denk ook aan instructies terzake van beleggingen of schenkingen. Na opname zal je huis misschien verkocht worden. Moet de opbrengst dan in aandelen belegd worden of liever in obligaties of op een spaarrekening gezet worden ?
Of wil je juist dat er dan schenkingen gedaan worden door de gevolmachtigde namens jou en mag hij of zij dan ook aan zichzelf schenken ?

 

Hoeveel erfbelasting moet ik betalen ?
Cijfers 2014
Zie hiervoor hetgeen ik hiervoor heb geschreven over de schenkbelasting.

Het enige verschil zit in de vrijgestelde bedrag, niet in de percentages.

Een kind of kleinkind mag belastingvrij € 19.868,- ontvangen. Alles daarboven wordt belast zoals ik heb beschreven bij de schenkingen.

Een ziek of gehandicapt kind kan eventueel in aanmerking komen voor een hogere vrijstelling. Dat is dan een bedrag van € 59.601,-.

Mochten je ouders van je erven dan hoeven ze over de eerste € 59.601,- geen erfbelasting te betalen. Daarboven vallen ze in de 30% dan wel 40%.

Als je aan een ander familielid vermogen nalaat dan is de vrijstelling een stuk lager, namelijk € 2.092,-. Dat zelfde bedrag geldt ook als je aan een niet-familielid nalaat.

 

Dan hebben we nog een laatste, maar wel belangrijke, categorie: de langstlevende.

Een weduwnaar/weduwe heeft een vrijstelling van € 627.367,-

 

Maar de met jou samenwonende partner is geen weduwe/weduwnaar en wordt gezien als een buitenstaander. Hij of zij heeft alleen recht op de vrijstelling van € 2.092,- en moet over al hetgeen er meer in de erfenis zit 30% tot 40% betalen.

Hierop is een belangrijke uitzondering, namelijk als de samenwonende partner fictief gelijk gesteld wordt met een echtgenoot/echtgenote.
Dat kan als:

=     jij met je partner een samenlevingscontract hebt getekend en pas 6 maanden (of meer) daarna overlijdt;
OF

=     jij en je partner langer dan 5 jaar hebben samengewoond zonder dat je een samenlevingscontract hebt getekend.

Let wel op: je partner met wie jij samenwoont is niet (automatisch) jouw erfgenaam en krijgt dus ook niets van je. Dat is alleen anders als jij dit expliciet regelt. Bijvoorbeeld door het opstellen van een testament, een regeling in een samenlevingscontract, een overlijdensrisicoverzekering die aan hem of haar uitkeert of doordat je pensioenfonds je partner een bijzonder nabestaanden pensioen uit gaat keren.

 

Wat moet ik doen als ik een erfenis krijg ?
Wat betekent Beneficiaire aanvaarding / verwerpen / zuivere aanvaarding of recht van beraad ?
Als iemand overlijdt, dan wordt er gekeken wie de erfgenamen kunnen zijn. Hiervoor heb ik de groepen behandeld waardoor we kunnen beslissen wie de erfenis krijgt en voor welk breukdeel.

Deze erfgenamen hebben dan formeel vier mogelijkheden:

=     recht van beraad.
een soort time-out om te achterhalen wat er aan bezittingen en schulden in de erfenis zit.
Daarna moet een erfgenaam weer kiezen tussen:

=     zuivere aanvaarding van de erfenis:
je bent dan volledig aansprakelijk voor alle schulden die er in de erfenis blijken te zitten. Als de overledene te weinig bezittingen heeft om die schulden af te kunnen lossen, dan moet de erfgenaam desnoods zijn eigen vermogen te gelde maken.

=     verwerpen van de erfenis:
dan leg je vast dat je niets te maken wilt hebben met de erfenis. Jij krijgt niets, maar je bent ook nergens voor verantwoordelijk.

=     beneficiair aanvaarden van de erfenis:
je bent erfgenaam en je krijgt dus wel iets als alle schulden zijn afgelost. Maar je hoeft nooit met eigen spaargeld de schuldeisers van de overledene te betalen.
Maar dan moet je je wel aan de wettelijke regels houden voor wat betreft de afwikkeling.

Alleen de zuivere aanvaarding hoeft niet op papier vastgelegd te worden. De andere drie mogelijkheden wel. Dat gebeurt in een register dat de Rechtbank bijhoudt. Je kunt zelf naar de rechtbank toe gaan of je laat de notaris de zaak regelen.

Let op:
verwerp je de erfenis dan schuift jouw deel in de erfenis door naar je kinderen of (achter-) kleinkinderen. Dan komen zij dus voor de keuze te staan of ze de “hete aardappel” willen aanpakken of niet.

Heb je minderjarige kinderen of kleinkinderen dan kan het soms beter zijn om zelf maar beneficiair te aanvaarden en de erfenis af te wikkelen. Want anders moet jij het toch namens je kinderen (of jouw kinderen namens hun kinderen) doen.

Let op 2:
heb je eenmaal zuiver aanvaard, dan is het (vrijwel) onmogelijk om achteraf nog iets anders te kiezen. Dat is van belang als er ineens toch wat onbekende schuldeisers naar voren komen, bijvoorbeeld als de overledene een zogeheten “op eet hypotheek” of aflossingsvrije hypotheek had.

Als het huis niet snel of niet voor een hoger bedrag dan die hypotheekschuld wordt verkocht, dan ben je als zuivere erfgenaam aansprakelijk richting de bank (vergeet niet dat er ook nog een courtagenota zal zijn van de makelaar die je in de arm neemt om het huis te verkopen).

En het gevaar is groot. Want zuiver aanvaarden van de erfenis doe je al door feitelijke handelingen. Dus als je eerst bij de bank langs gaat om te vragen naar het saldo van de rekening van de overledene, dan kun je al de klos zijn. Ook het meenemen van de portemonnee van de overledene met zijn/haar geld en bankpasjes kan al verkeerd uitpakken.

Heb je dit gedaan en ga je dan pas naar de rechtbank om (alsnog) beneficiair te aanvaarden, dan helpt je dat niet (meer).

Er zijn plannen om hier iets aan te doen, maar het wetsvoorstel van de Minister van Justitie hierover is niet goed genoeg volgens de Raad van State (bericht van 17-09-2014 op Nu.nl)

 

Wat is een schenking op papier ?
Heb je voldoende contant geld (en daarmee bedoel ik ook geld op een spaarrekening), dan kun je schenken aan je kinderen, kleinkinderen of anderen.

Hiervoor heb ik aangegeven hoe het met de schenkbelasting zit.

Maar als je het geld niet cash hebt, maar je vermogen “in de stenen” van je huis vast zit, dan kun je kijken of schenken op papier interessant is.

Je moet dan naar de notaris gaan om een akte op te laten stellen. Daarin wordt vastgelegd dat je een bedrag X schenkt. Maar dat bedrag betaal je niet direct uit, want je legt vast dat pas in de toekomst uitbetaald hoeft te worden. Bijvoorbeeld als je overleden bent, failliet verklaard wordt of opgenomen wordt in een verzorgingshuis of verpleegkliniek en je de verhoogde bijdrage voor de AWBZ aan het CAK moet betalen.

Hierdoor ben je bij je overlijden minder waard dan het leek. Want eerst moeten deze papieren schenkingen worden uitbetaald en pas dan weet de Belastingdienst hoe groot je erfenis is en hoeveel erfbelasting nog betaald moet worden.

Een schenking op papier zal dus betekenen dat er minder erfbelasting betaald hoeft te worden en dat is minimaal 10% van dat bedrag X en maximaal 40% ervan.

De fiscus accepteert deze constructie alleen als je vanaf het moment van ondertekening van de akte bij de notaris tot het moment van uitbetalen 6% rente betaalt aan de ontvanger. En dat moet aantoonbaar zijn als de inspecteur er naar vraagt: je moet het dus via de bank overmaken !

 

Voorbeeld:
Vader schenkt op papier € 25.096,- aan zijn zoon die nog geen 40 jaar is en ook nooit eerder een schenking (groter dan € 5.000,-) heeft gehad.
Deze papieren schenking wordt dus niet belast met schenkingsrecht omdat het om de eenmalige vrijstelling gaat.

Vanaf nu moet vader ieder jaar aan zijn zoon een bedrag groot € 1.505,76 overmaken. Dat is 6% van het op papier geschonken bedrag.

Als hij dat ieder jaar netjes doet, dan hoeft zijn zoon bij het overlijden van vader over € 25.096,- geen erfbelasting meer te betalen. Dat scheelt de zoon al snel 10% oftewel € 2.509,-).

Vervolgens besluiten vader en zoon om ook het volgend jaar en het jaar erop naar de notaris toe te gaan om weer op papier te schenken. In 2015 € 5.000,- en in 2016 weer € 5.000,-.

Vader is daarmee fiscaal € 35.096,- minder vermogend geworden en ze besparen hiermee dus minimaal € 3.509,- aan erfbelasting.


Nadeel is wel dat vader natuurlijk wel ieder jaar 6% over € 35.096,- (is € 3.5096,-) aan rente moet betalen. Is zijn AOW en pensioen te laag, dan werkt het uiteindelijk niet. Maar dat weet je pas als de Belastingdienst de Successieaangifte behandeld.

 

Wat is een RADAR testament ?
Bij een “standaard” langstlevende testament dan wel als er geen testament is, redeneert de Belastingdienst heel simpel. Zowel de langstlevende als de kinderen zijn erfgenaam.

Dat de kinderen pas daadwerkelijk iets ontvangen bij het overlijden van de langstlevende, zijn/haar faillissement of eventuele andere momenten die in het testament zijn vermeld, doet daar niets aan af.

Dus zal de fiscus de kinderen aanslaan voor hun erfdeel. Gelukkig kunnen de kinderen de aanslag wel “doorschuiven” naar de langstlevende. Deze zal die dan voor en namens de kinderen moeten voldoen. Maar gezien de lage vrijstelling van de kinderen voor de erfbelasting, betekent dit wel dat de langstlevende geld kwijt is en dat kan heel vervelend zijn, zeker als het geld in “de stenen vastzit”.

Dit is jammer als je je bedenkt dat de langstlevende een ruim 30x hogere vrijstelling heeft dan de kinderen. Die wordt nu niet optimaal benut.

Een RADAR testament zorgt ervoor dat de hoge vrijstelling van de langstlevende beter wordt ingezet.

De kinderen worden namelijk onterfd. En als de kinderen niets erven, hoeft er voor hen ook geen belasting betaald te worden.

De enige erfgenaam is de langstlevende en die hoeft desondanks meestal geen erfbelasting te betalen omdat zijn/haar vrijgestelde bedrag zo groot is.

Pas bij het overlijden van de langstlevende erven de kinderen. Omdat zij dan alles in één keer krijgen, moeten ze meestal dan wel meer erfbelasting betalen ten opzichte van de situatie dat ze eerst een kindsdeel hadden ontvangen bij het eerste overlijden en dan de rest bij het overlijden van de langstlevende.

Maar dat valt weer deels te ondervangen doordat de langstlevende schenkingen op papier doet. (Zie hiervoor)

Een RADAR testament zorgt in ieder geval er voor dat de langstlevende niet het spaargeld hoeft aan te spreken om de erfbelasting van en voor de kinderen te betalen.

Zeker als de erfenis vooral in de overwaarde van het huis zit, er weinig spaargeld is en de langstlevende een klein (nabestaanden) pensioen krijgt, is een RADAR testament een goed idee.

 

Printversie

%d bloggers liken dit: