“Zijn wij ons geld kwijt als de bank failliet gaat ?” Die vraag stelt een echtpaar op leeftijd mij nadat ze de akte hebben getekend waarbij hun huis is overgedragen. Ze houden € 250.000 aan de verkoop over. Die hebben ze hard nodig om de huur van hun dure aanleunwoning te kunnen betalen. Omdat ik niet meteen een antwoord paraat heb, beloof ik snel hier op terug te komen nadat ik een expert gesproken heb.
Op mijn verzoek legt De Nederlandsche Bank (DNB) me uit hoe het Depositogarantiestelsel (DGS) werkt na verkoop van een woning.
Het DGS garandeert standaard een bedrag tot € 100.000 per persoon bij faillissement van een bank. Dus voor een echtpaar is dit het dubbele, oftewel € 200.000. Als de bank waar het echtpaar hun geld heeft staan failliet gaat, dan krijgen ze dit forse bedrag altijd uitbetaald.
Maar er is een speciale regeling binnen het DGS bij de verkoop van een woning. Gedurende drie maanden na de levering is de gehele overwaarde gedekt, dat wil zeggen, tot een maximum van € 500.000 per verkoper.
Mijn verkopers hebben dus een kwartaal lang de zekerheid dat hun geld tot maximaal € 1.200.000 is gedekt. Voordat die termijn om is, moeten ze natuurlijk wel gaan nadenken hoe ze hun vermogen gaan spreiden over meerdere banken.
Toen ik deze informatie doorgaf, vertelde mijn cliënten dat ze nu tenminste rustig konden slapen in hun nieuwe aanleunwoning.
Zoals aangegeven, geldt deze tijdelijke extra dekking per verkoper. Als drie erfgenamen hun ouderlijk huis overdragen, kan de extra dekking dus oplopen tot € 1.500.000. Of dit ook daadwerkelijk gebeurt, hangt af van de specifieke situatie. Contact opnemen met de experts van DNB is dan verstandig.