In de wet staan verschillende verjaringstermijnen. Normaal ben je je rechten al na 5 jaar kwijt, maar in bijzondere situaties is dat pas na 20 jaar. Een mooi voorbeeld van wanneer die langere termijn geldt, vind je terug in een rechtszaak over een hypotheek. De rechter moest oordelen of de niet betaalde rente nog opgeëist kon worden.

Moeder heeft haar zoon 19 jaar geleden geld geleend. Dit is netjes bij de notaris vastgelegd in een hypotheekakte. De zoon heeft echter nooit rente aan haar betaald. In de tussentijd is moeder overleden. Haar erfenis is door een vereffenaar afgewikkeld omdat de kinderen niet meer samen door een deur kunnen.

De vraag is over welke periode de vereffenaar namens de erfgenamen de rente kan opeisen. Is dat de standaard periode van 5 jaar of de langere van 20 jaar ? In de wet is vastgelegd dat de langere termijn van toepassing is als er een hypotheekrecht is gevestigd voor de betaling van de hoofdsom én de rente.

Het is dan ook geen verrassing dat de rechter oordeelt dat hier de langere periode geldt. De zoon vond dat bij een lening binnen de familie andere sentimenten meegewogen moeten worden. Hij gaf aan dat hij een hechte band had met zijn moeder, haar hielp en gezelschap hield, dat zijn moeder graag wilde dat hij het goed had en dat zij het geld alleen zou opeisen als zij het echt nodig had. Deze argumenten legt de rechter echter naast zich neer. Volgens de rechter spelen redelijkheid en billijkheid hier geen rol juist omdat moeder hierover niets heeft vastgelegd.

Met name bij de Familiebank-constructie is het dus van belang alle afspraken op te nemen in een hypotheekakte.

Mr. Ernst Loendersloot is notaris (toegevoegd) te Maastricht

%d bloggers liken dit: