Wanneer is iemand “onwaardig om te erven”? Het antwoord valt te lezen in het drama van de Wageningse Gifmoord. Slaat u de uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden er maar op na.  

De hoofdrolspelers zijn de vrouwelijke eigenaar van een fraaie boekwinkel in deze Gelderse stad en haar echtgenoot. Helaas betreft het geen fictie of boeketreeks maar het verslag van een waargebeurde crimi. De man vergiftigt zijn echtgenote en wordt daarvoor onherroepelijk veroordeeld.  

Maar daarmee is alleen het strafrechtelijke deel van dit verhaal afgelopen. Bij de civiele afdeling van de Rechtbank en Hof spelen andere vragen. Heeft de man recht op de helft van de gemeenschap van goederen waarin het slachtoffer en de dader getrouwd waren ?  

Die vraag is door het Hof in mei 2020 negatief beantwoord. Dat zou tegen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid zijn. Maar daarmee zijn we er nog niet.  

De man vindt dat hij recht heeft op de uitkering van de levensverzekering. Volgens de polis moet uitbetaald worden aan de begunstigde (de weduwnaar) als de verzekerde (de vrouw) overlijdt. Maar krijgt hij ook het geld ? 

Om u niet langer in spanning te houden: Nee. De man is namelijk onherroepelijk veroordeeld voor moord op zijn vrouw. Op grond van artikel 7:973 Burgerlijk Wetboek kan hij geen enkel recht claimen op basis van de polis.  

Eind goed al goed. Maar een goede serie kent ook cliffhangers. Wie krijgt dan wel het geld? Spoileralert: in 2.9 van het arrest staat de uitkomst. 

%d bloggers liken dit: